Function Words (Funktionswörter)


Personal Pronoun (Personalpronomen Nominativ)
du you
er he
es it
ich I
man one
sie she
wir we

Preposition (Präposition)
an at
auf on
aus from
durch through
für for
gegen against
hinter behind
in in
nach after
neben next to
unter below
vor in front of
zu to
über above

Conjunction (Konjunktion)
aber but
damit so that
ob if
oder or
und and
weil because
wenn when

Interrogative Pronoun (Interrogativpronomen)
warum why
was what
wer who
wie how
wo where
woher where from
wohin where to

Possessive Pronoun (Possessivpronomen)
dein your
mein my
unser our

Klik op het symbool om te luisteren naar de uitspraak en zorg ervoor dat jouw luidsprekers zijn op:-).

Try our free illustrated exercises:

Ontdekken, Oefenen en Testen: In drie stappen kun je gemakkelijk leren nieuwe woorden en hun uitspraak.

ImageMaps

Andere Oefeningen:

Deze speelse oefeningen zijn meer gedetailleerd en interactief. Zij helpen je ontdekken meer woorden van verschillende onderwerpen.

Andere Oefeningen



Deutsch-Unterricht online

  • Dominik H. (Deutsch)

  • Probestunde 15 Euro
    • Konversation
    • Deutsch Niveau A1 und B2
    • Deutsch für Studium und Beruf